inspraak

Schatteke

In die stem, gedeelde smart, hetzelfde lot.

Deerlijk, ontwapend. Ik laat me drijven, en het doet me smelten…   

Je verzuchtingen, die zijn de mijne. En ja, je bent me kostbaar.  

En of! Ik zal daar goed voor zorgen.  Dus. Mag ik van je houden?

Hier, en nu? Durf ik het te zeggen: “ja, je bent de ware!”  

Ik vermoed van wel, maar wil nog raden,…  

 

Coma

Ijzig vreemd, ver heen je hoofd. 

Die aanval voorgoed je keel dichtgeknepen.

En wij? Wij lopen leeg. Onze lijdensweg, dat afscheid, uitgesteld. 

Bij momenten is het goed geweest, he broer.

Jij, stille kracht, zò om jezelf verlegen. Het beste er van gemaakt.

Wat een troost!?  Een éénzijdig vaarwel duwde ons uit de hoek,

sterrenstof nam te-rug.

Knipoog naar het leven, man, we zijn er gloeiend bij! 

 

Moeder

Je zit hier voor me. Je bent er niet.

Een schim prevelt verhalen verloren jeugd,

glorietijden van toen, steeds opnieuw.  

Al stond je elke dag klaar,  het lijkt wel

of ik heb je half gekend. Waar was de tijd,

toen daar nog genoeg van was?  

En kijk nu, het spook in je gedachten…

Wij geraken er ook niet meer.

Achter je blik doolt vrij verleden,

zotgedraaide fragmenten, nee,

die ben je niet vergeten…